Vinden

Corona krijgt industrie niet klein

De Belgische industriële sector is sterk en robuust genoeg om de coronacrisis te weerstaan. De sector speelde ook een belangrijke rol om ons door deze gezondheidscrisis te loodsen. Maar de uitdagingen zijn groots. Verschillende sectoren worden tegelijkertijd geconfronteerd met diverse problemen, zoals een grondstoffenschaarste, haperende logistiek en personeelstekort. Diverse federaties en bedrijven laten hun licht op de zaak schijnen. (Matthias Vanheerentals)

Pascal Flisch, analist van Trends Business Information, ziet een aantal belangrijke trends voor de industrie. “Corona heeft de omzetcijfers verder doen dalen. Door de massale steunmaatregelen hebben de kleine ondernemingen hun situatie zien verbeteren. Ze doen het zelfs beter dan vóór de crisis. De grote bedrijven zijn zodanig sterk en weerbaar dat ze hun situatie gestabiliseerd hebben. Er zijn meer ondernemingen met een sterke solvabiliteit dan vóór de crisis. De ondernemingen hebben wel een tekort aan financiële middelen. De facturen worden later betaald, al zien we geen stijging van de incassodossiers. De belastingen zijn overal verminderd. De investeringen zijn vertraagd, wat er op termijn voor kan zorgen dat we minder competitief zijn. Er dreigt ook een tekort aan grondstoffen. Ik zie dan ook veel potentieel in de recyclage van materialen en groene waterstof.” Volgens Flisch was 2018 een topjaar en is de economie al in 2019 vertraagd, vóór corona dus. “De afgelopen 10 jaar daalde het aantal industriële bedrijven met 700, maar hun relatieve gewicht in de economie is wél toegenomen. We verliezen industrie, maar als we naar de toegevoegde waarde kijken, dan betekenen die bedrijven wel veel voor onze economie. Als we onze economie willen redden hebben we dus meer industrie nodig.”

Booming business

Volgens technologiefederatie Agoria is de industrie niet gekraakt onder de coronacrisis. “Daar waar we in lockdown 1 nog geleden hebben, hebben we in lockdown 2 en 3 goed gepresteerd”, zegt Patrick Slaets van het studiecentrum van Agoria. “De eerste helft van 2021 heeft de Belgische industrie het goed gedaan met cijfers die ver boven het gemiddelde liggen, beter dan de rest van de economie. De industrie is in 2020 ruim 5 procent aan toegevoegde waarde verloren, al deden we het beter dan de rest van de economie. Het exportaandeel is vergroot, wat cruciaal voor ons land is.” Bij Fevia, de federatie van de Belgische voedingsindustrie, steeg de toegevoegde waarde tussen 2012 en 2020 met 9 procent. Tijdens corona daalde de productiviteit. “Door onze veerkracht en de steunmaatregelen zijn we de crisis al bij al goed doorgesparteld, al hebben bedrijven die vooral aan horeca, catering en eventsector leveren zwaar in de klappen gedeeld”, zegt Bart Buysse, CEO van Fevia. “We moeten nu aanknopen met herstel. En om ons potentieel naar de toekomst te bewaren, zijn een goed investeringsklimaat en een goed socio-economisch en fiscaal beleid belangrijk.” Voor de biotechindustrie was heel de coronacrisis een opvallend goede periode. “Het is booming business geweest”, zegt Jérôme Van Biervliet, Managing Director bij VIB, het Vlaams Instituut voor Biotechnologie. “We staan centraal in de strijd tegen de coronacrisis. De maatschappij beseft dat we de wetenschap nodig hebben om de uitdagingen op te lossen. Er zijn ook veel nieuwe bedrijven opgestart die bijvoorbeeld vaccins en therapieën ontwikkelen voor mensen die geen antistoffen hebben.”

Volgens essenscia, de Belgische federatie van de chemische industrie en life sciences, is de maatschappelijke meerwaarde van de industrie, en van de chemie- en farmasector in het bijzonder, nog nooit zo duidelijk geweest als nu. “Deze sector is goed voor liefst 36 procent van de Belgische export”, zegt gedelegeerd bestuurder Yves Verschueren. “Zeven op tien coronavaccins die vanuit Europa naar andere werelddelen worden uitgevoerd, komen uit ons land. Dankzij die coronavaccins staat België nu ook in de top tien van belangrijkste exportlanden ter wereld, tussen grootmachten als China, de VS, Duitsland, Frankrijk of Japan. De uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling zijn in de farma- en chemiesector op tien jaar tijd meer dan verdubbeld tot 5,6 miljard euro. Vorig jaar werd ook een recordaantal van bijna 1.000 patenten aangevraagd voor innovaties in chemie, farma en biotechnologie. Dat is 40 procent van het Belgische totaal. Het voorbije decennium hebben chemie- en farmabedrijven al meer dan 60 miljard euro geïnvesteerd in innovatie,  uitbreiding en vernieuwing van hun productiecapaciteit.”

Moeilijke context

De huidige tijdgeest zorgt voor enorme uitdagingen, zo bevestigen alle federaties. “De discussie rond de bevoorrading en de prijzen is belangrijker geworden”, zegt Bart Steukers, CEO van Agoria. “De schaarste qua materialen zal zeker nog een half jaar duren en is een vertragende factor voor onze markt.” Bart Buysse van Fevia merkt een cocktail aan uitdagingen, zoals corona, Brexit en de stijgende productie-, energie- en loonkosten. “Onze marges blijven dalen, wat op den duur op de solvabiliteit zou kunnen wegen. We zijn een veerkrachtige sector, maar als we die enorme kostenstijgingen niet doorgerekend krijgen, komt de rentabiliteit van onze bedrijven in het gedrang en is er geen marge meer om te investeren, innoveren en jobs te creëren.” Yves Verschueren van essenscia ziet eveneens een bijzonder uitdagende economische context. “De grondstoffenschaarste, haperende logistiek, stijgende energieprijzen en aanhoudende coronacrisis vragen veel flexibiliteit en probleemoplossend vermogen van bedrijven die daarbovenop meer en meer de krapte aan talent voelen.”

De bedrijfswereld voelt de crisis. Anthony Botelberge, de nieuwe voorzitter van Fevia en CEO van Frigilunch, een bedrijf dat 200 medewerkers telt, maakt zich zorgen. “Het is de moeilijkste context waarin ik ooit heb gewerkt. Alles komt samen: de energiekosten stijgen maal twee en de arbeidskost neemt toe. De prijzen van de grondstoffen stijgen. De tarweoogst is mislukt en laat de prijs van spaghetti met 30 procent stijgen. De supply chain hapert langs alle kanten. De verschuivingen van de vraag geeft breuken in de ketting. We hebben dagelijks 30 mensen tekort, waardoor we niet meer kunnen groeien. De povere winsten die zijn opgebouwd, dreigen volgend jaar te verdwijnen. De prijzen moeten stijgen, anders dreigen we een deuk te krijgen in de solvabiliteit van zeer veel bedrijven.”

Personeel

De zoektocht naar geschikt personeel is voor alle federaties een uitdaging. “We hebben een tekort voor alle profielen, zoals administratieve medewerkers, boekhouders en logistieke medewerkers”, zegt Bart Steukers. “Omdat we meer arbeidsintensief zijn dan de rest van de economie, doet dat pijn. Dat zorgt voor een extra rem op onze groei. Veel bedrijven werven mensen zonder diploma aan om hen op de werkvloer op te leiden. We moeten ook meer vrouwen met een migratieachtergrond, een pool van talent, de weg naar onze sector laten vinden. Het is ons doel om tegen 2030 elke werkdag 16 extra jobs te creëren en in te vullen. We moeten mensen actief houden en levenslang laten leren, zodat onze competitiviteit gewaarborgd blijft.” Het aantal jobs in de chemie en farma stijgt al zeven jaar op rij, goed voor bijna 7.500 extra banen. Met 95.500 jobs zit de sectorale tewerkstelling op het hoogste niveau in bijna 20 jaar. De chemiesector is goed voor bijna de helft van die jobs, de sterkste groei zit bij farma en biotech. Volgens Yves Verschueren wordt het alsmaar moeilijker om technische functies, zoals voor productie en onderhoud, in te vullen. “Dat is een gevaarlijke evolutie die alle alarmbellen moet laten afgaan. Er is nood aan meer meisjes en jongens met een technisch of wetenschappelijk STEM-diploma. We moeten de jonge generatie vooral overtuigen dat ze met een job in de industrie een positieve impact hebben en het verschil kunnen maken voor milieu en klimaat.”

Ook in de sector van de voedingsindustrie zijn er veel openstaande vacatures. “Gedurende de laatste 5 jaar, dus inclusief het coronajaar 2020, heeft de voedingsindustrie (excl. ambachtelijke bakkers) jaarlijks 1.630 nieuwe jobs gecreëerd”, zegt Bart Buysse. “Ondanks de coronacrisis bleef het aantal jobs stijgen. Dat is het resultaat van eerdere investeringen. Onze knowhow en innovatie zullen het belang van onze sector in binnen- en buitenland verder doen toenemen, als we daarvoor ook de nodige talenten kunnen vinden. Onze sector telt 96.000 medewerkers en 330.000 indirecte werknemers en is steeds op zoek naar werkkrachten, ook meer en meer naar technische en wetenschappelijke profielen.” Bij koepelorganisatie flanders.bio, een dynamische ledenorganisatie van meer dan 350 bedrijven en organisaties in de biotech, wordt de nood aan talent alleen maar groter. “De biofarma-industrie wordt een belangrijk investeringsluik in de toekomst”, zegt Willem Dhooge, Co-General Manager. “We zitten in een fase met een aantal jonge bedrijven die grootse zaken kunnen doen. Er moet meer groeikapitaal komen om die doorgroei mogelijk te maken. We willen een Europese beurs voor hightech die liquide genoeg is.”

Groene transformatie

Veel federaties zetten in op een groene transformatie. “Het is ook belangrijk dat bedrijven zichzelf omturnen”, zegt Bart Steukers. “Het defensiebedrijf John Cockerill zet bijvoorbeeld volop in op hernieuwbare energie. Ook het traditionele Bekaert is zich aan het heruitvinden en vergroenen. De digitalisering kan mee de klimaatproblemen oplossen. We weten dat we 20 tot 25 procent van de C02-klimaatproblematiek kunnen oplossen met digitale technieken.” Fevia heeft zopas een duurzaamheidsroadmap gelanceerd om bedrijven te helpen het voedingssysteem verder te verduurzamen. “Zo werken we onder andere rond circulair ondernemen, goed waterbeheer, voedselverlies, duurzame verpakkingen en het verminderen van de CO2-uitstoot”, zegt Bart Buysse. “De toekomst is circulair en digitaal. Als sector willen wij daarop inzetten en antwoorden formuleren op de vraag ‘Wat eten we morgen?’, die zowel consumenten als andere stakeholders zich stellen.” Volgens Jérôme Van Biervliet heeft de biotechindustrie een enorm potentieel om de klimaatuitdagingen aan te pakken. “De biotech heeft op planten en microben heel veel potentieel om de uitdagingen rond de Farm to Fork Strategy van Europa aan te pakken. We maken de landbouw beter, duurzamer en efficiënter. Daarbij zoeken we rechtstreeks naar oplossingen voor de klimaatopwarming.” Bij flanders.bio wordt dat beaamd. “Er zijn enorme mogelijkheden in de landbouw en in de industrie met levende organismen die CO2 capteren en omvormen tot nuttige producten”, voegt Willem Dhooge toe.

Volgens Yves Verschueren hebben we de technologie, innovaties en materialen uit de industrie nodig om onze economie en maatschappij klimaatneutraal te maken. “Dat is de cruciale uitdaging waar we met z’n allen voor staan: koploper en innovatieleider zijn op het vlak van duurzaamheid en klimaat maar tegelijk concurrentieel blijven in een wereldeconomie waar de klimaatambities niet overal even hoog liggen, zonder in te boeten aan welvaart. Veel bedrijven investeren in cruciale klimaattechnologieën zoals CO2-opvang voor opslag of hergebruik en in chemische recyclage om kunststofafval in een circulaire economie weer om te zetten in nieuwe kunststoffen of grondstoffen voor de chemiesector. Ik denk ook aan energie-innovaties zoals de industriële inzet van waterstof, het gebruik van aardwarmte of geothermie en stoomnetwerken die draaien op niet-recycleerbaar huishoudelijk afval. Dat zijn potentiële gamechangers. De bedrijven uit de Belgische chemie en life sciences zijn er de voorbije decennia al in geslaagd om economische groei en jobcreatie hand in hand te laten gaan met een dalende milieu-impact. Zo is de uitstoot van broeikasgassen in onze sector sinds 1995 gehalveerd.”


BlueChem

Essenscia is hoofdaandeelhouder van BlueChem, een incubator voor duurzame chemie in Antwerpen. “Start-upbedrijven vinden er de juiste accommodatie en dienstverlening op maat om hun veelbelovende innovaties voor de chemie van de toekomst succesvol te laten doorgroeien tot op industriële schaal”, zegt Yves Verschueren van essenscia. “Anderhalf jaar na de opening overtreft BlueChem alle verwachtingen. De labo’s en kantoren zijn al voor twee derde volzet, de internationale interesse groeit en enkele van de twaalf start-ups die er actief zijn, staan op de drempel van een commerciële doorbraak of de realisatie van industriële pilootinstallaties.”

Leentje Croes van BlueChem benadrukt dat kleine en grote bedrijven elkaar vinden. “We willen oplossingen vinden om de sector te transformeren. Er worden heel wat zaken ontwikkeld om de CO2-uitstoot verder te verminderen, maar ook biogebaseerde materialen en technieken voor duurzame voedselvoorziening.” Daarnaast bouwt essenscia samen met POM Antwerpen en de sociale partners aan ViTalent, het allereerste gespecialiseerde opleidingscentrum voor farma en biotech in Vlaanderen. Het opleidingscentrum van 1.700 m² opent in juni 2022 de deuren op het Wetenschapspark in Niel en wil enkele duizenden cursisten per jaar opleiden, onder meer in samenwerking met de VDAB. Essenscia is ook actief betrokken bij de uitbouw van een EU Biotech Campus in Charleroi, één van de speerpuntprojecten uit het Belgische relanceplan.


Dit artikel is verschenen in Top Industrie, die beschikbaar is in pdf.

Interesse in een sectoranalyse?

De SectorTop is een analyse van de 50 grootste ondernemingen uit een specifieke sector. U krijgt rankings en grafieken voor 30 kerncijfers en ratio's op het vlak van rentabiliteit, solvabiliteit, liquiditeit en toegevoegde waarde. Nadien nemen we elk bedrijf afzonderlijk onder de loep, met de individuele trend per kerncijfer en mediaan van de sector. Info en bestellen

 

Terug
Partner Content
Partner Content
Do Not Call Me (DNCM)

De Bel-Me-Niet-Meer! lijst groeit elke maand. Wist je dat maar liefst 12,3% van alle bedrijven in België zijn nummer heeft geregistreerd? Til je prospectie naar een hoger niveau, vermijd monsterboetes en stel je in regel met de wet op telemarketing. Surf naar dncm.be voor meer info.

Infotheek
Belgian Digital Economy 2024

Belgian Digital Economy – Overview 2024

Tweede pensioenpijler in beeld

De tweede pensioenpijler in beeld
 

Werkloosheids- en promotieval naargelang de ondernemingsvorm

Werkloosheids- en promotieval en de verschillen in belastingdruk naargelang de ondernemingsvorm